Stap 3: Herstel en nazorg

De meeste mensen ervaren bij een lipofilling behandeling nauwelijks pijn omdat alles goed verdoofd wordt. Na de ingreep kan het behandelde gebied wat pijnlijk en strak aanvoelen. Een paracetamol is vaak voldoende om dit tijdelijke gevoel te onderdrukken.

Van te voren tekent uw specialist af waar het vet weggehaald zal worden en waar het vervolgens ingespoten zal worden. U gaat vervolgens onder narcose (algehele verdoving) of de betreffende gebieden worden verdoofd met een lokale verdovingsvloeistof. Nadat alles goed is voorbereid wordt met een dunne liposuctie canule (meestal een 2-3 mm canule) vet geoogst uit het gebied waar we het vandaan moeten halen; het zogenaamde donor gebied (vaak buik, benen of flanken).  Het weghalen van vet uit het donorgebied wordt zo gelijkmatig mogelijk uitgevoerd zodat er geen deuken of kuilen onstaan. Daarna wordt het geoogste vet vaak gewassen of schoongespoeld en wordt het vervolgens weer terug gespoten met wederom zeer dunne canules (vaak 2-3 mm) in het gebied dat opgevuld moet worden (borst, gelaat of billen).

Na 3 maanden is het eindresultaat zichtbaar. Dit resultaat is blijvend, mits je een stabiel gewicht hebt. De verplaatste vetcellen gedragen zich namelijk hetzelfde als alle andere vetcellen in je lichaam. Kom je aan, dan groeien de vetcellen in je borsten ook en worden ze groter. Val je af dan nemen de vetcellen in je borsten af en worden ze kleiner.

Na de ingreep kan je wat last hebben van blauwe plekken, zwellingen en een beurs gevoel. Na ongeveer een week zijn deze klachten meestal verdwenen. Wij adviseren om je lichaam in ieder geval twee weken rust te geven. Na twee weken mag je weer starten met het uitvoeren van licht lichamelijk werk. Na zes weken mag je weer sporten en zwaar lichamelijk werk uitvoeren.

Na ongeveer een week zijn je borsten niet meer gezwollen en zie je al het voorlopige resultaat. Je lichaam heeft dan een groot deel van het overtollige vocht afgevoerd. Na ongeveer 3 maanden is het definitieve eindresultaat zichtbaar. Uiteindelijk blijft er 50% tot 70% van het volume over. Wanneer je later aankomt in gewicht zal het verplaatste vetweefsel ook mee gaan groeien. Omgekeerd: wanneer je later afvalt neemt het verplaatste lichaamseigen vet ook weer af in volume.

Afhankelijk van de hoeveelheid volume die je toe wilt voegen, heb je rond de 1 – 3 behandelingen nodig voor een optimaal resultaat. Tijdens een consult bespreken we wat er nodig is om aan jouw verwachtingen te voldoen.

Omdat er gebruik wordt gemaakt van lichaamseigen vet, is deze behandeling veilig. Maar aan iedere behandeling zitten risico’s. Er kan duizeligheid optreden als gevolg van vochttekort. Zeer zelden kan ook een infectie of nabloeding optreden. Om deze laatste twee risico’s tot een minimum te beperken, mag je zes weken voor de ingreep niet roken. Soms kan er ongelijkheid voorkomen van de verdeling van plaats waar de vetcellen zijn weggehaald of ingebracht. Met dezelfde techniek als liposuctie en/of lipofilling kan dit gecorrigeerd worden. In extreem zeldzame gevallen kan het ingespoten vetweefsel in een bloedvat terecht komen en leiden tot een vetembolie (vergelijkbaar met een longembolie).  Of als het in het gezicht in een bloedvat terecht komt zelfs tot blindheid. Maar nogmaals, deze complicaties komen bijna niet voor.

Bijna iedereen kan een lipofilling behandeling ondergaan. Het is enkel niet mogelijk bij mensen die heel slank zijn. We moeten namelijk ergens vet weg kunnen halen om het ergens anders weer te kunnen terugplaatsen. Naast of het dus technisch mogelijk is , moet je het ook willen. Je kan bijvoorbeeld bij een borstvergroting door middel van lipofilling maar maximaal één cupmaat groeien.